Essay: ‘Selfscan’

DW B, 2019

Download pdf

Ergens in zijn roman Allerzielen omschrijft Cees Nooteboom verveling als ‘de tastbare gewaarwording van chaos’. Mooi, maar ik vermoed dat Nooteboom het hier over een andere verveling heeft. Zijn verveling is die van een kind op zondagnamiddag; de prikkelende verveling die toeslaat wanneer teveel mogelijkheden zich tegelijk aandienen, de jachtige verveling die opborrelt omdat je simpelweg niet kunt kiezen: ga ik bij een vriendje spelen, televisie kijken, wegkruipen in een hoek met een prentenboek? Het is een verveling die overmant, die frustreert en verlamt – zijn verveling is de kluister van overdadige keuzevrijheid. Met verveling bedoelt hij eigenlijk ongedurigheid. 

Mijn verveling is welkom.